70 Meer Mobiele Lijnen voor mindermobiele reizigers

Door Ben Weyts op 24 juli 2018, over deze onderwerpen: Lokale overheid, Mobiliteit, Openbaar vervoer, De Lijn, Personen met een beperking, Verandering
Begeleidingsgroep met minister Weyts

Zeventig bus- en tramlijnen worden omgevormd tot ‘Meer Mobiele Lijnen’, met toegankelijke haltes en voertuigen voor mindermobiele reizigers. Na een geslaagd proefproject investeert Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts 3 miljoen euro extra om bus- en tramhaltes toegankelijker te maken. Minister Weyts roept de lokale besturen op om hetzelfde te doen. “We verwachten niet dat de lokale besturen in één ruk alle haltes aanpakken, maar dat ze focussen op de haltes waar de nood aan toegankelijkheid het hoogst is”, legt Ben Weyts uit.

Ontoegankelijke haltes

Dankzij historisch hoge investeringen in het openbaar vervoer door minister Weyts is meer dan 70 procent van de trams en 95 procent van de bussen toegankelijk voor mindermobiele reizigers. Het echte probleem van toegankelijkheid situeert zich bij de haltes. Zonder assistentie is amper 10 procent toegankelijk voor reizigers met een beperking. Nochtans blijkt uit een evaluatie dat 80 procent van de mensen met een beperking De Lijn zou gebruiken als vervoersmiddel indien de toegankelijkheid verbetert.

Geslaagd proefproject

Om meer inzicht te krijgen richtte minister Weyts een begeleidingsgroep op, bestaande uit mindermobiele reizigers, die alle 36.000 haltes in Vlaanderen screenden op hun toegankelijkheid en voorzagen van een label. Daarnaast liep er het voorbije half jaar een proefproject met één ‘Meer Mobiele Lijn’ in elk van de vijf provincies. Het project kreeg een positieve evaluatie en wordt nu uitgebreid met nog eens 65 extra toegankelijke lijnen.

Gericht investeren

“Door niet in het wilde weg haltes aan te pakken, gaan we sneller vooruit”, zegt Ben Weyts, die hoopt dat het Vlaamse voorbeeld de lokale besturen tot inspiratie dient. “De Lijn maakt haltenota’s op die heel concreet aanduiden welke haltes op lokaal niveau prioritair moeten aangepakt worden. Zo kunnen de lokale besturen focussen op de haltes waar de nood het hoogst is. Daardoor moeten de nieuwe lokale besturen minder investeren, maar wel gerichter”, besluit minister Weyts.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is