U bent hier
Toeristen vol lof over de Vlaamse kunststeden

Recreatieve verblijfstoeristen belonen de Vlaamse kunststeden met een gemiddelde tevredenheidsscore van 8,3 op 10. Vooral onze gastvrijheid en de kwaliteit van onze logies worden sterk gewaardeerd. Een steeds jonger toeristisch publiek vindt de weg naar onze kunststeden. “Veel tevreden bezoekers is goed nieuws voor onze economie”, zegt Vlaams minister van Toerisme Ben Weyts. “Het recreatieve verblijftoerisme in onze kunststeden genereert een omzet van 1 miljard euro”.
Recreatieve verblijfstoeristen uit binnen- en buitenland zijn vol lof over de Vlaamse kunststeden Antwerpen, Brugge, Gent, Leuven, Mechelen en Brussel. Dat blijkt duidelijk uit de 4de editie van het grote kunststedenonderzoek, dat uitgevoerd werd tussen april 2017 en april 2018.
Er werden 3.873 recreatieve verblijfstoeristen bevraagd uit eigen land en uit de belangrijkste buitenlandse herkomstlanden: Nederland, Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Italië, Spanje, de Verenigde Staten, China, Japan, Rusland en Zwitserland.
Toeristen associëren onze steden spontaan met schoonheid en pracht (35%), rijke geschiedenis (22%) en gezelligheid, gastvrijheid en vriendelijkheid (21%). 94% van de toeristen voelt zich veilig in onze steden, 82% van de reizigers mét kinderen vindt ze bovendien geschikt voor een bezoek met kinderen. En ook van overtoerisme is er niet meteen sprake: 70% vindt dat de drukte in onze steden zeer goed meevalt.
De verblijfstoeristen geven hun verblijf een gemiddelde tevredenheidsscore van 8,3 op 10. Dat heeft in de eerste plaats te maken met de gastvrijheid van de lokale bevolking, maar ook met de kwaliteit van de logies en attracties in onze steden. Ook de voorzieningen voor mensen met een beperking en de prijs-kwaliteit op de bestemming scoren met 7,8 en 7,6 op 10 meer dan behoorlijk. Britten en Amerikanen geven onze bestemming de beste punten, Zwitsers en Italianen zijn dan weer iets kritischer.
De kunststeden scoren niet alleen goede punten: ze verleiden ook een jonger publiek. De toerist in de kunststeden is nu gemiddeld 43 jaar oud en dat is goed 3 jaar jonger dan tijdens het vorige onderzoek in 2011. De Chinezen, Japanners, Russen en Spanjaarden zijn gemiddeld jonger dan 40. De Zwitsers en de Belgen zijn de oudste toeristen.
De toeristen kiezen voor de kunststeden voor ons erfgoed (37%), ons rijke verleden en ons lekker eten en drinken (20%). Eens ter plaatse kiest 65% van de recreatieve verblijfstoeristen voor een culturele beleving. We bereiken dus veel culturele meerwaardezoekers – net de doelgroep waar Vlaanderen sterk op inzet.
“We gooien hoge ogen met onze rijke geschiedenis”, zegt Vlaams minister van Toerisme Ben Weyts. “Die troef zetten we extra in de verf met ons ambitieus driejarenprogramma rond de Vlaamse Meesters, dat dit jaar van start gaat met de focus op Rubens en de Barok in Antwerpen. Zo willen we nog meer volk uit de hele wereld naar onze kunststeden en de rest van Vlaanderen lokken”.
De recreatieve verblijfstoeristen zijn belangrijke sponsors van onze economie. In 2017 werden 3,9 miljoen recreatieve aankomsten geteld in commercieel logies in de kunststeden, 73% daarvan voor rekening van toeristen uit het buitenland. Al die bezoekers samen laten 1 miljard euro achter bij hun bezoek aan onze kunststeden. Dat is bijna 40% méér dan bij het vorige onderzoek (2011).
Gemiddeld besteedt een toerist in de kunststeden 150 per nacht. Russen en Chinezen zijn met respectievelijk 218 en 223 euro de gulste gasten. Zij geven een derde van dat bedrag uit aan shopping. De zuinigste bezoekers in onze kunststeden zijn de Nederlanders met 129 euro.